“Nog een setje doen?” Een veel gehoorde vraag op de baan. Zojuist de eerste gewonnen, moet de tweede toch ook gaan lukken. Jouw service loopt lekker, je weet de lijnen van het servicevak te vinden en ook je partner heeft een goede dag, vooral aan het net. Moet lukken die zes games. tegenstanders beginnen met een dubbele fout (partner kijkt veelbetekenend om) en met een niet te missen kans op 15 – 15 slaat zij de bal een meter uit (hij kijkt veelbetekenend om). Ook 15 – 30 en 15 – 40 worden gemist, dus de eerste love-game is al gauw een feit.
Bij de wissel wordt er niet gesproken, behalve tussen ons. Zij volstaan met een blik van verstandhouding naar elkaar. In onze servicegame zijn er alleen korte rally’s en die zorgen al gauw voor een 2 – 0 voorsprong. We voelen een snelle winst aankomen. Maar dan. De derde game beginnen ze met een onderhandse service, het wapen van zwakte. En ja, we verkijken ons erop: punt! Dit moet even verwerkt worden in ons hoofd, maar veel tijd krijgen we daar niet voor, want er volgt een ace. Niet zo eentje die je op tv ziet, iets als 200 km/u, nee, een softe, nét over het net. Niet te halen. Nu begint het ons te dagen. Ze hebben de deksel van de trucendoos afgehaald. We staan 30 – 0 achter en moeten ons zien te wapenen tegen non-tennis. Dit wordt nog wat. En ja hoor, daar komen ze: de hoge ballen. Wat een gevaarloze terugspeelbal is dat toch. Je hoort de eigenaar van zo’n gespeelde bal denken: “Versla jij je daar maar eens lekker op!” En dat doe je dan dus. Lang verhaal kort: de game is voor hun en wij zijn vreselijk van slag.
Dit belooft nog een intense set te worden. Geen sportpsycholoog bij de hand die onze hoofden vrij kan maken van gefrustreerde gedachten. Moeten we allemaal zelf doen. Een 87e “Kom op!!” zou moeten helpen en we sprokkelen nog wat puntjes bij elkaar. Maar zij aan de andere kant van het net ruiken setwinst en vinden nog een truc in de doos: “UIT!!”. Oh ja, die hadden we nog niet gehad. Echt, voor geen meter uit dus, afdruk duidelijk te zien. En zo halen ze de tweede set binnen. De derde hebben we maar niet gespeeld. Intens tennis in ‘n set? Daar hadden we ons iets anders bij voorgesteld.